Uit de antwoorden die minister Kaag heeft gegeven op Kamervragen van de Partij voor de dieren over de toename van bosverlies, kun je opmaken dat de productie van biodiesel uit Europese koolzaadolie vermindert ontbossing elders in de wereld. Hoe zit dat?
Minder Europees aanbod
Door de afname van de productie van biodiesel uit koolzaad is er in 2020 minder Europees koolzaad geplet (geperst), waardoor er minder eiwit uit koolzaad beschikbaar was voor de diervoederindustrie. Volgens de minister wordt dit verminderde aanbod waarschijnlijk gecompenseerd door geïmporteerde soja uit Noord- en/of Zuid-Amerika, die mede in verband wordt gebracht met ontbossing. De conclusie die we hieruit kunnen trekken is dat biodiesel gemaakt van Europese koolzaadolie ontbossing in andere delen van de wereld tegengaat.
Europese productie
Dat geldt trouwens ook voor de sojaolie van in Europa geteelde sojabonen: de Donausoja. Het verbod op het gebruik van sojaolie in biobrandstoffen beperkt de winstgevendheid van sojaboeren in Europa. Daarmee werpt het ook een barrière op voor de Europese Eiwitstrategie en de mogelijkheid om de afhankelijkheid van import te verminderen. Een boer kan alleen winstgevend produceren als alle componenten van het gewas dat hij verbouwt een bestemming krijgen.
Korting
Helaas wordt bij het berekenen van de bijdrage van biodiesel uit landbouwgewassen, waaronder koolzaad, aan de oplossing van het klimaatprobleem rekening gehouden met een – zij het kleine – risicopremie voor indirecte landgebruiksverandering. Voor Europese koolzaadolie zou een korting echter logischer zijn, nu de productie van biodiesel uit koolzaadolie daadwerkelijk de ontbossing vermindert. De Europese eiwithandelsbalans beïnvloedt de indirecte verandering van landgebruik (ILUC) elders in de wereld en daarmee ook de druk op nog te ontwikkelen landbouwgebieden. De verwachte mondiale welvaarts- en bevolkingsgroei zal leiden tot een grotere vraag naar landbouwgrondstoffen en waarschijnlijk ook naar meer landbouwgrond.
Minder landbouwgrond
Dit verwijst direct naar een ander groot Europees probleem, dat helaas niet de aandacht krijgt die het verdient: de totale oppervlakte van EU-landbouwgrond neemt al 30 jaar af, waardoor de landbouwproductie naar andere delen van de wereld wordt gedwongen, waar land en hulpbronnen goedkoper zijn . Dit overzeese land wordt nog steeds gebruikt als grasland of is een heel mooi ecosysteem, met veel biodiversiteit en veel koolstofopslag in de bodem. Omdat de EU deze trend niet kan keren, worden we steeds afhankelijker van met name agrarische import van eiwitten, waardoor de druk op deze waardevolle gebieden toeneemt. De bezorgdheid dat biobrandstoffen uit voedsel- en voedergewassen leiden tot verandering van landgebruik en ontbossing, lijkt ongegrond. Uit onderzoek blijkt dat de huidige wetgeving dergelijke negatieve gevolgen voorkomt. Ook het Fit for 55-programma van de Europese Commissie zorgt voor een forse reductie van het landbouwareaal in Europa. Zonder dieetaanpassingen leidt dit onvermijdelijk tot meer import en grotere druk op waardevolle gebieden.
Oplossing
Een voldoende ontwikkelde markt voor Europees koolzaadeiwit en koolzaadolie kan dus ontbossing voorkomen. In plaats van de oplossing tegen ontbossing te zoeken door verplichtingen, zoals een herkomstonderzoek, op te leggen aan overzeese productielanden, kunnen we de oplossing ook in onze eigen keuken zoeken! Ten behoeve van zowel Zuid-Amerika als Europa.
Rob Groeliker, Managing Director Viterra Botlek en Rostock & Global Lead Environment Viterra