Niet alleen cafetaria’s en restaurants, maar ook sportkantines, foodtrucks, grootkeukens en snackfabrikanten gebruiken frituurvet. Alleen al in Nederland wordt jaarlijks 44 miljoen kilo frituurvet gebruikt in de horeca. De oliën of vetten worden na gebruik opgevangen in plastic vaten. Het kan heel goed worden gebruikt om brandstof te maken.
De kunststof vaten waarin de gebruikte oliën of vetten worden ingezameld, worden elke 1 à 2 maanden door een recyclingbedrijf geassembleerd en ingeruild voor lege, schone vaten. De vaten worden in de fabriek geleegd en zowel de vaten als de vetten en oliën worden gereinigd. De vetten en oliën worden ontdaan van water (van de diepvriessnacks) en productresten zoals frites en paneermeel. De schone olie wordt opgeslagen in grote opslagtanks met een capaciteit van enkele honderden tonnen. De olie wordt vervolgens per tankwagen aangeleverd bij de biodieselfabriek.
Vermindering van de CO2-uitstoot
Het recyclen van gebruikte frituurvetten en -oliën is goed voor het milieu. Door er biodiesel van te maken, zorgen we ervoor dat we minder fossiele brandstof verbruiken. Biodiesel is fossielvrij en hernieuwbaar. In Europa stimuleert de overheid het gebruik van afval voor energietoepassingen. Bedrijven die brandstoffen leveren aan het Nederlandse transport zijn verplicht om jaarlijks een bepaald aandeel hernieuwbare energie te leveren en de CO2-uitstoot van hun transportbrandstoffen te verminderen.
Wereldwijde markt
Vanwege de voordelen voor het milieu is er in Europa veel vraag naar biodiesel. Om aan de vraag te voldoen, worden ook gebruikte frituuroliën uit andere delen van de wereld geïmporteerd. Vooral uit landen waar frituren een belangrijk onderdeel is van de lokale keuken. In veel Aziatische landen, zoals China en Zuid-Korea, is er veel gefrituurd voedsel, maar is er geen beleid dat het gebruik van afval voor energietoepassingen bevordert. De recycling van deze gebruikte frituurolie vindt dan ook deels hier in Nederland plaats.
Verenigde Staten
Ook verwerken we gebruikte frituurolie uit de Verenigde Staten in Nederland. De VS staat bekend om zijn fastfoodketens. Vooral de oostkust van de VS heeft een hoge bevolkingsdichtheid, waardoor er veel gebruikte frituurolie beschikbaar is. Het is gemakkelijker om de gebruikte frituurolie van daaruit naar West-Europa te verkopen dan om het in de VS zelf te verwerken. De biodieselfabrieken in de VS zijn voornamelijk gebouwd om de olie te verwerken uit de soja die daar wordt verbouwd. Deze fabrieken staan voornamelijk aan de westkust.
koploper
De biodiesel, die gemaakt wordt van gebruikt frituurvet, stoot slechts 11% CO2 uit in vergelijking met gewone diesel en levert daarmee een belangrijke bijdrage aan de CO2-reductie die bereikt wordt door het gebruik van biobrandstof. In Nederland wordt meer dan 80% van de biobrandstoffen gemaakt uit afval. Gebruikte frituurolie is de belangrijkste grondstof. Meer dan 60% van de biobrandstof die aan de Nederlandse transportsector wordt geleverd, is gemaakt van gebruikt frituurvet. Nederland loopt hierin voorop in Europa.
Frank Bergmans, beleidsmedewerker duurzame ontwikkeling MVO